Pleun Klootwijk
De echte bakker!
Oorspronkelijk gepubliceerd in Streekarchief Eiland IJsselmonde Kwartaalbericht Najaar 2017 (jaargang 32, nummer 3)
Al meer dan vijftig jaar is er bijna geen IJsselmondenaar die het brood of banket van Bakkerij Klootwijk nooit gegeten heeft. Oprichter Pleun Klootwijk begon met zijn bakkerskunsten in een kelder aan de Hordijk. Dit groeide uit tot een imperium met tientallen vestigingen.
Pleun Klootwijk, liefkozend “opa baard” genoemd door zijn 12 achterkleinkinderen werd op 9 november 1925 te IJsselmonde geboren in het boerengezin van Leendert Klootwijk en Stijntje Kooijman, beiden nakomelingen uit wijd verbreide IJsselmondse geslachten. Leendert Klootwijk was agrariër en runde een tuindersbedrijf. Het gezin woonde aan de Hordijk op nummer 42 en de landerijen bevonden zich langs het Zevenbergsedijkje en de Hordijk. Het gezin van Leen en Stijntje bestond uit zeven kinderen, Pleun was de jongste zoon en na hem kwam alleen nog zijn zus Stijntje.
Pleun groeide dus op in een agrarisch gezin en zoals gebruikelijk in die tijd was hij dus ook voorbestemd om agrariër te worden. Dat liep echter heel anders. Hoewel Pleun uit een boerengezin kwam, droomde hij op jonge leeftijd al van het bakkersvak. Als 14-jarige ging hij bij diverse bakkers in de leer.
In 1944, toen hij negentien jaar was moest hij zijn passie vanwege de oorlog tijdelijk opgeven. Tijdens een razzia werd hij opgepakt en met andere jongens voor de Arbeidseinsatz naar Duitsland gestuurd. Pleun belandde net over de grens onder de rook van Hannover. Hij werd als timmerman tewerkgesteld bij een timmerbedrijf, maar toen hij zich ter plaatse meldde, besloot men van zijn bakkerskwaliteiten gebruik te maken en werd Pleun bij de plaatselijke bakker aan het werk gezet. De Duitse bakker gaf Pleun altijd brood mee, wat hij dan weer verdeelde onder de andere jongens waar hij mee ingekwartierd was.
Mocht Pleun op de heenweg nog met de trein naar zijn werkbestemming van de Duitsers, de terugweg na de oorlog moest hij te voet afleggen. Maar Pleun keerde gelukkig gezond weer thuis.
Na de oorlog trouwde Pleun met Truus den Otter. De twee konden elkaar al vanaf jonge leeftijd. Beiden gingen in IJsselmonde naar de Julianaschool aan de Hordijk op nummer 28.
Toen Truus al naar school ging, zag ze de kleine Pleun voor het raam naar de schoolkinderen zwaaien. Serieuze verkering werd het pas toen beiden naar catechisatie gingen en de vonk daar definitief oversloeg.
Na hun huwelijk te IJsselmonde op 6 februari 1946 trokken zij in bij de ouders van Truus. Janus den Otter en Toos van Gameren woonden aan de Bredeweg op nummer 34 op de kruising van Lombardijen en IJsselmonde. Janus was ook agrariër en verkocht zijn geteelde groenten zelf.
Lang konden Truus en Pleun niet van hun verse huwelijk genieten. Terwijl Truus zwanger was van hun eerste kind, werd Pleun in 1948 opgeroepen voor militaire dienst en naar Indonesië verscheept, waar hij twee jaar als geneeskundig chauffeur diende. Eind 1950 werd Pleun vanwege gezondheidsredenen gerepatrieerd en mocht hij de dienst verlaten. In totaal kregen Pleun en Truus vijf kinderen: Riet, Aad, Leen, Pleun en Anja.
Tijdens zijn verblijf in Indië had de zakelijk ingestelde Truus haar tijd besteed aan het behalen van haar middenstandsdiploma, en andere voor in het zakenleven nuttige papieren.
In de loop van 1951 verhuisde het gezin naar de Hordijk nummer 146, waar zij een woning hadden gehuurd. In de kelder had Pleun zijn eerste oven en begon hij met het bakken van broden, boterkoeken en banketstaven. Op zijn bakfiets reed hij door de straten om zijn waren te verkopen. Vaak lagen er maar drie in, maar door de gigantische bak leken het er meer.
Het was vallen en opstaan, maar Pleuns droom kwam uit toen hij begin jaren 50 zijn eerste echte bakkerij opende. Hij had de bakkerij en winkel overgenomen van Bakker Van der Wind aan de Dordtsestraatweg, op nummer 761. Het pand bestaat nog en is nu betrokken door Kunsthandel Van Driel.
Alle begin is moeilijk, ondervonden Pleun en Truus in die eerste jaren, maar het vakmanschap van de één, en het zakelijke inzicht van de ander bleek een gouden combinatie te zijn. De formule was simpel: goed brood en banket voor een redelijke prijs. Al snel volgden meerdere vestigingen op Zuid. Aan de Hordijk op nummer 158, niet ver van het ouderlijk en het eerste huis van Pleun heeft ook nog een tijd een vestiging van Bakker Klootwijk gezeten.
Pleun introduceerde het ‘boerenbruin’, wat later door andere bakkers werd overgenomen.
Pleun was eerlijk en hardwerkend, eigenschappen die hij ook op zijn kinderen overbracht. Achterover leunen was er niet bij volgens zijn zoon Pleun. Voor een brommer moesten we soesjes vullen. Werken leerden we van hem.
In 1970 werd Pleun getroffen door een hartinfarct. Na een paar dagen mocht hij naar huis, op tijd voor de opening van een nieuwe vestiging in Ommoord, want Pleun wilde daar natuurlijk gewoon bij zijn, betrokken als hij was. Zijn vrouw Truus vond dat niet zo’n goed idee en had liever dat de dokter hem nog even een weekje zou houden, wat dan ook gebeurde.
Geld of status interesseerden Pleun niet. Wel had hij, naast zijn gezin, een paar grote liefdes. Hij was organist in de kerk en tilde de Nederlands Hervormde Johanneskerk in Lombardijen samen met anderen van de grond.
Op het hoogtepunt had bakkerij Klootwijk tachtig vestigingen in Rotterdam en omstreken. In 1979 namen zijn zonen Aad en Leen het imperium over. In 1988 kwam zijn zoon en naamgenoot Pleun er ook bij. De drie broers hebben inmiddels elk een grote bakkerij opgezet met een tiental filialen. Hun brood en gebak is bekend in de gehele regio van Rotterdam.
Ook nadat zijn zoons het bedrijf hadden overgenomen bleef Pleun betrokken bij het bedrijf en kwam vaak even langs om het brood te keuren of anderszins commentaar te leveren. Pleun was en bleef zeer geliefd, bij personeel, vrienden en familie.
In 1989 verhuisden het echtpaar naar Ouddorp waar ze na een leven van hard werken van een welverdiende rust gingen genieten.
In 2011 vierden zij nog hun briljanten huwelijk. Het is niet veel mensen gegeven om samen hun 65 jarig huwelijksjubileum te vieren.
Hoewel Pleun toen enkele dagen per week wegens geheugenproblemen in De Samaritaan verbleef, woonden beiden nog samen met hulp en ondersteuning van hun jongste dochter Anja in hun eigen huis aan de Oosterweg.
In 2011 werd Pleun opgenomen in zorgcomplex Nieuw Rijsenburgh in Middelharnis. Ook de verzorgsters daar waren weg van Pleun. Op 11 oktober 2012 stierf Pleun Klootwijk op 86-jarige leeftijd in het bijzijn van zijn kinderen.
De bakkerswinkels worden inmiddels gerund door de derde generatie en zijn weduwe Truus is op 25 juli 2018 op 94-jarige leeftijd overleden te Ouddorp
Auteur: Marcel Verhoef
Kwartierstaat:
Bronnen:
- Een aantal leuke gesprekken met Pleun Klootwijk jr.
- Informatie van de website van Kees Klootwijk
- Artikel “Briljante Huwelijk Rotterdammers” uit de weekkrant Ons Eiland Goeree-Overflakkee, dd. 17-2-2011 door Koos Goedgebuur
- Artikel “Klootwijk heeft weer brood op de plank” dd. 22-3-2016 door Eric Oosterom
- Verbeteringen en aanvullingen van Cor Menses